17 januari 2020
Aangeboren hartafwijkingen
In Nederland worden per jaar ongeveer 1250 kinderen geboren met een hartafwijking. Bij ongeveer de helft van deze kinderen wordt dit al opgemerkt tijdens de zwangerschap bij het 20-weken echo-onderzoek. Er zijn ook kinderen waarbij de hartafwijking al snel na de geboorte wordt ontdekt.
Dit omdat ze blauw of grauw zijn, slecht drinken, benauwd zijn of hun hart tijdens een onderzoek door de jeugdarts een luid geruis laten horen. Maar bij een aantal kinderen merk je de eerste periode – maar soms ook later- niets. Toch is het belangrijk om een hartafwijking op te sporen en verder te laten onderzoeken. Dit omdat als je een hartafwijking niet behandeld, het hart steeds slechter kan gaan werken waardoor je kind minder zuurstof krijgt.
Als je kind 2 weken oud is, komt de verpleegkundige op huisbezoek. Dan is het belangrijk dat ze je kind (voor een deel) bloot ziet. Ze kan dan goed naar de kleur van je kind kijken, maar ook of je kind een snelle ademhaling heeft of benauwd is. Dit kunnen de eerste signalen zijn dat er een hartafwijking is.
Op het consultatiebureau luistert de jeugdarts ook een aantal keren naar het hart van je kind. De eerste keer gebeurt dat als je kind ongeveer 4 weken oud is en daarna nog 3 keer tot de leeftijd van 14 maanden. Ook bij peuters wordt naar het hart geluisterd. Er wordt ook gekeken of je kind goed groeit, zich goed ontwikkelt en een gezonde kleur heeft.
Bij de zuigelingen voelt de jeugdarts altijd in de liezen of de beenslagaderen goed kloppen. Bij een vernauwing van de grote lichaamsslagader zijn deze namelijk niet of veel minder te voelen.
Meer informatie over aangeboren hartafwijkingen vind je hier: http://bit.ly/2R3QPR5
